Waarom Vrije Plekken Niet Uitgegeven

[Gert-JanBraas]

Een Overheid die betrouwbaar is, gaat niet op de eieren zitten.

[Jan Douwes]

De tijd van kadootjes is voorbij, een vergunde plek is te veel geld waard, er moet dus een andere niet verhandelbare Systematiek komen naast de bestaanse vergunde ligplekken! Wie
Heeft daar een goed idee over, en hoe gaat dat elders?

[NicoTiel]

Hier is al heel wat over gefilosofeerd. Mijn indruk is dat het coöperatiemodel onvoldoende is bestudeerd (zie p.19 van https://www.woonschepencomite-groningen ... ie_0.3.pdf)

[klaas koetje]

Het coöperatiemodel heb ik destijds (2009) bij de gemeente neergelegd. Probleem daarbij is dat het water dan in eigendom moet zijn van de coöperatie. Dat kan op basis van het Burgerlijk Wetboek niet meer, sinds 1994 als ik me niet vergis, zoals ik me destijds heb laten uitleggen door hoogleraar bestuursrecht Herman Bröring. Zie ook: https://www.woonschepencomite-groningen ... ring&go=OK

Met het vervangen van ligplaatsvergunningen door omgevingsvergunningen zou de gemeente wel een soort handelsprijs kunnen incasseren zoals dat ook bij bouwkavels gaat. Mijn redenering is als volgt:
De gemeente zorgt voor een ligplaats met een paar basale voorzieningen: afmeerpalen en een nutskast. Eventueel een steiger. Wanneer deze plek wordt uitgegeven in de vorm van een omgevingsvergunning kan de gemeente net als bij de woningbouw leges rekenen over de totale waarde die woonboot met vaste ligplaats vertegenwoordigt. Met de huidige tarieven (2023) betekent dat bijvoorbeeld:
Woonboot is 150.000 euro met ligplaats 200.000 waard. Je zou dat kunnen beschouwen als bouwkosten. Dit zou de gemeente eenmalig 28.265,42 euro opleveren (basisbedrag 47,42 voor bouwkosten lager dan 455.000 en per 1000 euro bouwkosten 141,09). Dit is dan ook het basisbedrag voor de WOZwaarde waarbij de gemeente dus jaarlijks een roerend zaakbelasting heft.
De eigenaar van de woonboot heeft met deze omgevingsvergunning een reële prijs betaald voor de ligplaats en hoeft bij verkoop niet terug naar de gemeente en kan gewoon zijn woonboot met ligplaats verkopen zonder dat de gemeente daar nog tussen hoeft te zitten. De volgende eigenaar gaat dus niet meer een absurde winst maken over een goedkoop verkregen ligplaatsvergunning zoals in het verleden gebeurde terwijl de gemeente hooguit een paar honderd euro krijgt voor het uitschrijven van een nieuwe ligplaatsvergunning.
Mocht iemand besluiten om de eigen woonboot te vervangen dan zal daarvoor een nieuwe omgevingsvergunning moeten worden aangevraagd inclusief te betalen leges zowel voor "sloop" (verwijderen van de oude woonboot) als "bouw" (plaatsen nieuwe woonboot). Dit geldt uiteraard ook als iemand zelf met de woonboot vertrekt en de locatie c.q. de omgevingsvergunning overdraagt aan iemand die met een eigen boot de plek gaat innemen en voor die plaatsing een nieuwe omgevingsvergunning voor de boot zal moeten aanvragen maar niet voor de locatie. In beide gevallen kan de gemeente weer een aanzienlijk bedrag aan leges tegemoet zien.
Voor verbouwingen aan woonboten die aan het Bouwbesluit moeten voldoen, gelden uiteraard ook leges op basis van omgevingsvergunningen voor verbouw zoals die allemaal terug te vinden zijn in legesverordening.

Bijkomend voordeel bij het uitgeven van omgevingsvergunningen: belanghebbenden kunnen eventueel bezwaar maken op grond van bijvoorbeeld welstandseisen, inpassen in de omgeving etc. En dat zijn niet alleen walbewoners maar ook op boten wonende buren. Om te voorkomen dat mensen die plannen hebben met onhaalbare plannen komen (bijvoorbeeld ark van 200.000 terwijl alleen een authentiek schip is toegestaan) is het gebruikelijk dat eerst een vooroverleg met de gemeente plaatsvindt of het plan volgens gemeentelijke regels kan plaatsvinden. De kosten daarvan bedragen momenteel 141,09 euro.

Met een dergelijke aanpak is een eerlijke vergelijking met woningbouw mogelijk en is ook de kinnesinne over ligplaats(vergunning)en waar niet voor betaald wordt of door de schaarste veel te veel weggenomen aangezien de gemeente de ontvanger is van de leges die gebaseerd is op bouwwaarde en niet de toevallige eigenaar van een ligplaatsvergunning die de schaarste daarvan uitbuit.

[NicoTiel]

Dit vind ik echt een heel evenwichtig en toekomstgericht voorstel, zeker nu de Raad van State heeft geconcludeerd dat ook varende woonschepen een omgevingsvergunning nodig hebben (https://www.woonschepencomite-groningen ... _woonschip). Eerdere twijfels over wat er met de vergunning gebeurt als het schip gaat varen berustten kennelijk op angst. Waar ik nog wel mee zit is dat de eigenaar van onroerend goed altijd via het kadaster te achterhalen is, terwijl niet alle schepen in het schepenregister staan. Voor de gelijkwaardigheid met de situatie aan de wal lijkt het me redelijk om te stellen dat de omgevingsvergunning alleen mogelijk is voor geregistreerde schepen.

[klaas koetje]

Dank Nico.
Wat betreft de registratie in het kadaster.
Gezien de inmiddels hoge prijzen verwacht ik dat veel woonboten sowieso wel in het kadaster terechtkomen door middel van een hypotheekakte, leenovereenkomst of koopovereenkomst.
Wellicht is het ook mogelijk om als een van de voorwaarden voor het verstrekken van de omgevingsvergunning op te nemen dat inschrijving van eigendom bij het kadaster verplicht is. Dus ook als een schip of woonboot niet (meer) geregistreerd staat. De meetbrief hoewel niet verplicht voor woonboten kan dus nog steeds van belang zijn in voorkomende gevallen om eigendom aan te tonen bij voormalige binnenvaartschepen of casco's. Registratie bij het kadaster lijkt me gezien de functie en de waarde die woonboten inmiddels vertegenwoordigen in meerdere opzichten wenselijk.

[davebazuin]

Wij wonen sinds 2004 op ons schip en destijds vertegenwoordigde een deel van de vraagprijs het ‘recht’ op de ligplaats. Wij hebben dus ook betaald voor iets wat geen eigendom is. En dat zijn er velen met ons. Als het anders zou moeten, ik weet zo geen oplossing, zal dat zeer zorgvuldig moeten. Veel mensen hebben de afgelopen 20-30 jaar een schip, schark of ark gekocht waar een deel geldt in zit voor een overdraagbare ligplaats.

[klaas koetje]

Beste Dave,

Mijn voorstel zet alle bestaande ligplaatsvergunningen om in omgevingsvergunningen zoals het overgangsrecht beschrijft dat is opgesteld bij de invoering van de Wet Verduidelijking Voorschriften Woonboten, zie artikel 8.2a WABO. Dat kost uiteraard niets want dit is een administratieve handeling die van rechtswege moet plaatsvinden.
Aan de overdraagbaarheid verandert ook niets aangezien een omgevingsvergunning voor altijd is verleend zoals dat bij gebouwen ook gebeurt. Enkel bij verbouwing zal een omgevingsvergunning moeten worden aangevraagd voor wat je gaat verbouwen. Verbouwingen aan authentieke schepen zijn weer niet omgevingsvergunningplichtig omdat authentieke schepen niet aan het Bouwbesluit hoeven te voldoen. De kosten (leges) van die omgevingsvergunning worden enkel berekend over de waarde van de verbouwing dus niet over de hele waarde van ligplaats en boot.

Het betalen van de leges voor een omgevingsvergunning zal enkel plaatshebben op het moment dat de gemeente, zoals ik beschrijf, een nieuwe ligplaats aanbiedt en iemand de omgevingsvergunning voor ligplaats en woonboot wil hebben. Voor bestaande ligplaatsen zal een geheel nieuwe omgevingsvergunning alleen nodig zijn op het moment dat de woonboot geheel wordt vervangen.

Vanuit het WCG hebben we altijd geageerd tegen de hoge bedragen die voor ligplaatsvergunningen werden betaald omdat het windhandel was die werd veroorzaakt door de schaarste aan ligplaatsen. Dat mensen die bedragen hebben betaald daar valt veel over te zeggen maar met mijn voorstel zal er niets veranderen aan de waarde bij verkoop. De koper ontvangt immers gewoon de omgevingsvergunning die al is verleend voor een ligplaats met woonboot waar bij eigendomsoverdracht niets verandert.

De meerwaarde die ooit is ontstaan door schaarste zal nu aan de gemeente worden betaald in de vorm van leges voor een geheel nieuwe situatie en daarmee is voor de gemeente een belangrijk bezwaar weggenomen om nieuwe ligplaatsen te realiseren. Want ook de gemeente zag tot haar ergernis dat de meerwaarde van de ligplaats niet werd vergoed via de ligplaatsvergunning die maar een paar honderd euro tot duizend euro kost terwijl de houder van de vergunning dan plotseling een papiertje in handen had dat vele tienduizenden euro's waard bleek te zijn. Het was dus best begrijpelijk dat de gemeente met regelmaat liet weten dat men vond dat voor ligplaatsen betaald moest worden. Dat bleek wetstechnisch echter niet te kunnen maar met het invoeren van een omgevingsvergunning voor woonboot en ligplaats samen is dat probleem ook opgelost.